De eilandcommandant van Schiermonnikoog wilde proberen de Duitse stellingen op Oostmahorn te heroveren op de Canadezen. Twee uur lang werd Oostmahorn door de Batterie op Schiermonnikoog beschoten. Hierbij werden twee Canadese soldaten dodelijk getroffen. Tegelijkertijd waren er ook drie schepen met aan boord Duitse soldaten op weg naar Oostmahorn.
De Lauwerzee, een Schiermonnikoogs beurtvaartschip, werd gedwongen mee te varen. Aan boord waren zo’n veertig Duitse soldaten. Het stuurhuis werd met strobalen beschermd. Toen de Lauwerzee bij Oostmahorn aankwam, werd het meteen met mitrailleurvuur ontvangen. Het schip zag nog wel kans aan te leggen. Enkele soldaten konden de dijk op rennen, maar het geweervuur was te heftig. Ze werden snel teruggedreven. Allen wisten echter weer aan boord te komen en terug te keren naar het eiland. De gewonden werden direct naar het veldhospitaal gebracht.
Uit vergelding voor deze aanvallen beschoten de Canadezen Schiermonnikoog vanaf de vaste wal. De beschietingen richtten weinig schade aan. De volgende dag vertrok er een schip met witte vlag in de mast vanaf Oostmahorn richting het eiland met een ultimatum: de Duitsers moesten zich overgeven, anders zou het eiland opnieuw worden beschoten.
Het ultimatum werd afgewezen, maar de Duitse commandant vroeg wel bij een nieuwe beschieting het dorp te ontzien. De eilanders die buiten het dorp woonden werden ondergebracht bij gezinnen in het dorp. Ze moesten schuilkelders inrichtingen en schuttersputten graven.
Na ongeveer een week werd de situatie minder dreigend en konden de bewoners van de buitengebieden weer naar hun eigen huizen terugkeren. Een maand later arriveerden de eerste Canadezen op Schiermonnikoog en was het eiland eindelijk bevrijd.